donderdag 10 april 2008

Hieronijmus van Alphen: De pruimeboom

De dichter Hieronijmus van Alphen is bekend door onder meer zijn bundel “Kleine Gedigten voor kinderen” (1778-1782). Deze werden in hun tijd hoog gewaardeerd, maar later werden ze ook wel bespot, hoewel ze nog steeds erg leuk zijn?

Het gedichtje “De Pruimeboom” uit deze bundel is erg beroemd. “Jantje zag eens pruimen hangen/ O! als eijeren zo groot.”

Deze keer in een stukje poëzie in Onze Wijk daarom de haast wereldberoemde “De Pruimeboom”.


De pruimeboom

"Eene vertelling"

Jantje zag eens pruimen hangen,
O! als eijeren zo groot.
't Scheen, dat Jantje wou gaan plukken,
Schoon zijn vader ‘t hem verbood.
Hier is, zei hij, noch mijn vader,
Noch de tuinman, die het ziet:
Aan een boom, zo vol geladen,
mist men vijf zes pruimen niet.
Maar ik wil gehoorzaam wezen,
En niet plukken: ik loop heen.
Zou ik, om een hand vol pruimen,
Ongehoorzaam wezen? Neen.
Voord ging Jantje: maar zijn vader,
Die hem stil beluisterd had,
Kwam hem in het loopen tegen,
Voor aan op het middelpad.
Kom mijn Jantje! zei de vader,
Kom mijn kleine hartedief!
Nu zal ik u pruimen plukken;
Nu heeft vader Jantje lief.
Daarop ging Papa aan 't schudden
Jantje raapte schielijk op;
Jantje kreeg zijn hoed vol pruimen,
En liep heen op een galop.


Jantje is dus niet ondeugend, maar erg gehoorzaam. Hij kan goed luisteren, en dan is vader toch toegevend om hem voor zijn braafheid te belonen.

Zijn gedichten worden bestempeld als veel natuurlijker van toon dan die van zijn tijdgenoten.

De inhoud is veel meer aangepast aan de kinderlijke mentaliteit. Andere dichters schreven bijvoorbeeld ook veel vermanende dingen voor kinderen.

De gedichten zijn ook nu nog heel erg leuk om te lezen. Ze zijn zoetsappig. En haast volmaakte ouders en kinderen lijken de wereld van Hieronijmus van Alphen (1746-1803) te bevolken.